Volkshuisvesting - deel 2
![Volkshuisvesting - deel 2](/content/images/size/w1200/2024/12/ghost-FEATURED-49.jpg)
Na het artikel over Zaandams Volkshuisvesting voel ik mij verplicht ook aandacht te schenken aan andere woningbouwverenigingen.
Nu een enkel woord over Patrimonium en in een volgend stuk wil ik Leo XIII (13) en Goed Wonen nog voor het voetlicht brengen. In een periode waarin de Woningbouwverenigingen steeds meer in het nauw worden gedreven is het goed om nog eens hun wordingsgeschiedenis te belichten.
![](https://zaanseverhalen.nl/content/images/2024/12/image-177.png)
In het midden van de 19e eeuw kan van de denkbeelden over het arbeidersvraagstuk vóór 1850 slechts worden gezegd, dat zij .… niet bestonden. Men kende het arbeidersvraagstuk niet, omdat men de arbeidersklasse als zoodanig niet kende.
Den kinderen wordt op het hart gedrukt, dat het vermogen der rijken weldadig op het lot der armen terugwerkt en dat rijkdom veel moeite en zorg baart. Als op 28 maart 1848 Mr. J.A. Jolles de toespraak houdt,vermaant hij zijn jeugdig gehoor: ‘Weest tevreden in den stand, waarin God U plaatste, met Uw bescheiden deel’ ¹.
Daar lag ook het probleem voor de confessionele groepen die zich het lot der arbeiders aantrokken. Voor de socialisten was het duidelijk dat het een strijd tussen Kapitaal en Arbeid (werkvolk) betekende. De confessionelen voelden zich door wat in de Bijbel stond gehouden aan de hiërarchie in de samenleving. Staken was een inbreuk op dat gegeven. In 1872 wordt het ‘coalitieverbod’ opgeheven. Volgens de grondwet van 1848 was er een recht op vereniging, maar staken was strafbaar. Dat was nu geen onrechtmatige daad meer.
In 1876 wordt het Nederlandsch Werkliedenverbond Patrimonium te Amsterdam opgericht en werden overal in het land nieuwe afdelingen opgericht. De komst van Klaas Kater, de voorzitter van het verbond, eind 1883 naar Zaandam, was aanleiding voor het oprichten van de afdeling Zaandam op 25 januari 1884.
Wonen
In een rapport over de woonsituatie in Zaandam wordt meegedeeld dat er circa 1000 gezinnen in een eenkamerwoning wonen en nog eens ruim 2000 in een tweekamerwoning. Er is geen eigen toilet of afvoer. De was wordt nog in de sloot gedaan. In 1881 komt er een Reinigingsdienst in Zaandam. Pas eind 19e eeuw komt er in Zaandam een drinkwaternet. Kapitaalkrachtigen krijgen een privé aansluiting en in de armere buurten komen er pompen voor gezamenlijk gebruik.
De zondagsheiliging is in deze periode een heikel punt want nog steeds wordt er op zondagen gewerkt. 1887 volgt er een aktie van de arbeiders. De bakkers leggen het werk neer om niet meer op zondag te hoeven bakken. In 1892 is er een bijeenkomst in het Volkspark met als onderwerp: de zondagsrust. De acties hebben succes en een aantal fabrikanten en bakkers komen overeen dat voortaan zaterdagavond de laatste werkperiode is.
In 1906 zet Patrimonium tijdens een jaarvergadering de woningbouw bovenaan de lijst met prioriteiten. Als in 1909 het Christelijk Nationaal Vakverbond (C.N.V.) wordt opgericht blijft er voor Patrimonium de mooie taak van emancipatie van het orthodoxe volksdeel over.
Voorbeelden van de emancipatorische kracht binnen de beweging zijn: Jan Windhouwer. Geboren 1869 in Wormerveer, leert voor onderwijzer, wordt lid van de ARP, lid van de kerkenraad en bestuurslid van Patrimonium en is Antirevolutionair wethouder van Zaandam in de jaren 1901 – 1908. Zo zijn er meer voorbeelden te noemen want in alle geledingen van de arbeidersbeweging is scholing een buitengewoon belangrijk gegeven.
Maar het speelveld tussen de diverse krachten is nog open hoewel de socialisten terrein winnen. Voor hen zijn de confessionelen tijdens arbeidsconflicten nog steeds stakingsbreker of ‘onderkruipers’ omdat die het harmoniemodel handhaven en tot overeenstemming blijven proberen te komen met werkgevers.
In 1913 haalt de SDAP in Zaandam een absolute meerderheid in de raad met 10 zetels, de ARP 3 zetels, 2 voor de liberalen, 1 voor de Vrijzinnig Democraten en 1 voor katholieken. In 1914 begint de 1e Wereldoorlog en wordt het leven een stuk moeilijker. Patrimonium start met de coöperatie “Ons Beginsel” voor een voordelige inkoop.
![](https://zaanseverhalen.nl/content/images/2024/12/image-178.png)
In 1913 werden de woningbouwverenigingen Z.V.H. en Leo XIII opgericht. 16 januari 1917 volgt de Woningstichting Patrimonium. De heren Pieter Lak Mzn. en H. Homburg vormen de eerste bouwcommissie. Pieter Lak wordt tevens voorzitter. Men hoort van een bouwlocatie naast het kerkhof bij het Franschepad en dat andere corporaties daar ook belangstelling voor hebben. Wethouder Duijs vindt dat ze het onderling maar moeten beslissen en het resultaat is dat ZVH en Patrimonium samen aan de slag gaan. Patrimonium zal 78 huizen, een winkel en een kantoor bouwen en ZVH neemt 69 huizen, een winkel en een badhuis voor haar rekening.
Voor Patrimonium worden de ontwerpen gemaakt door Kuipers en Ingwersen en er moet een balans komen tussen bouwkosten en de luxe van de woningen. De huur zal op f 3, 30 pw komen.
De bouw startte in januari 1919. Men kiest voor bouwen voor eigen rekening en in eigen beheer. Maar tijdens de bouw komen er problemen naar boven. De architecten wordt verweten alles maar aan het bestuur over te laten als beslissingen op bouwtechnisch gebied genomen moeten worden. Er is ook gerommel onder de arbeiders aan het project. Er breekt zelfs een staking uit met eisen van meer loon en vergoeding tijdens de vorstverlet. Het neemt 1 maand en de eisen worden ingewilligd. In 1920 is de bouw klaar en kunnen de eerste woningen betrokken worden.
De straatnamen gaven nog wel wat problemen. De confessionelen stelden Talmaplein voor. En de straten te vernoemen naar Klaas Kater en Jan Winhouwer. Maar de socialisten wilden Karl Marx en Friedrich Engels vernoemd hebben. De laatste twee werden het niet. Volgens wethouder Duijs verdienden die namen betere straten. De namen werden Ds. W. Bax (confessioneel) en P.L. Tak (socialist).
![](https://zaanseverhalen.nl/content/images/2024/12/image-179.png)
- I.J. Brugmans, De arbeidende klasse in Nederland in de 19e eeuw (1813−1870). Martinus Nijhoff, Den Haag 1929 (tweede druk).