De Groenlandvaarder “Zaandam”

Zaandam is vertegenwoordigd in de Groenlandvaart.

Ik ben niet erg chauvinistisch, maar voel toch wel enige trots om een Zaandammer te zijn bij het zien van het schilderij gemaakt door Jochem de Vries De Groenlandvaarder ‘Zaandam’ van rederij Claes Taan en Zn, Zaandam, op de walvisvangst uit 1772.

Het Rijksmuseum schrijft over dit schilderij: Sinds het begin van de 17de eeuw joegen Nederlanders in de Noordelijke IJszee op walvissen. De traan die uit het spek werd gewonnen, werd onder meer als brandstof gebruikt voor verlichting. Veel walvisvaarders vertrokken uit Zaandam. Ook de schilder Jochem de Vries kwam uit Zaandam. Daar maakte hij dit schilderij van de ‘Zaandam’.

Het schip, eigendom van de Zaanse rederij Claas Taan en Zonen, was een van de 38 Nederlandse schepen die in 1772 naar Straat Davis tussen Groenland en het vaste land van Noord Amerika voeren. Het schip keerde terug met 240 vaten spek, afkomstig van zo’n vijf walvissen. Alle schepen bij elkaar hadden dat jaar 240 walvissen gedood. De Vries bracht ook andere schepen in beeld. Links een met Deense vlag. Twee eskimo’s varen in hun kajak rond. Op de voorgrond hebben manschappen van de ‘Zaandam’ net een walvis geharpoeneerd.

In 1768 voeren voor Zaandam 55 koopvaardijschepen t.w. 7 fregatten, 13 driemastgaljooten, 15 fluiten, 17 tweedekshoekers, 2 koffen en 1 smak. Claes Taan en Zn. hadden toen 8 schepen in de vaart. In 1784 voeren 62 schepen voor Zaandam als 3 fregatten, 23 fluiten, 15 galjooten, 12 hoekers, 6 koffen, 1 smak, 1 hekboot en 1 brigantijn. Claen Taan en Zn. hadden daarvan 10 schepen in de vaart.

Het zijn natuurlijk niet alleen de reders en de bemanning van het schip die er belang bij hebben maar ook de scheepswerven die de schepen bouwen en alle vaklieden die bij de bouw betrokken zijn. De materialen moeten geleverd worden en als het schip thuiskomt, moeten de traan en baleinen weer verwerkt worden, kortom een hele industrie. De jacht op de walvis eindigde zo rond het einde van de 18e eeuw omdat het dier bijna uitgestorven was door overbevissing. Maar het leverde in ieder geval een mooi schilderij op als herinnering aan een roemrijke tijd.

Bron: o.a. Geschiedenis der Zaanlanden [dl. 1], Auteur: Honig Jsz. Junior, Jacob, Publicatiejaar: 1849, www.zaans-industrieel-erfgoed.nl, Rijksmuseum.

Dit artikel verscheen tevens op Historisch Zaandam.