C. Meijer - Hoofdredacteur
Ruud Meijns
Dit stuk gaat over Cees Meijer. Wie is Cees Meijer zult u zich afvragen. Tik de naam in bij Google en er komen diverse Cees Meijers tevoorschijn, maar tot voor kort niet deze Meijer. Toch heeft u, als u lezer was van het dagblad De Typhoon jarenlang van zijn werk kunnen genieten. Cees Meijer was van 1945 tot aan z’n pensionering in 1979 hoofdredacteur van De Typhoon.
Cees Meijer werd geboren op 18 juni 1914 in Oud-Alblas.1 Oud-Alblas is een van de oudste dorpen in de Alblasserwaard. In 1918 werd het gezin met drie kinderen getroffen door de Spaanse griep dat wereldwijd miljoenen slachtoffers eiste. Vader, moeder en een dochtertje overleden en twee broertjes bleven als wezen achter. Cees en zijn oudere broertje mochten vanuit het dakraam van de woning de begrafenisstoet bekijken en zien hoe de rijtuigjes naar de begraafplaats reden.
De twee jongens werden door de familie gescheiden opgevangen. Cees Meijer werd in Oud Diemen opgevangen door oom en tante Brouwers de Koning. Daar doorliep hij de lagere- en middelbare school en sloot zijn opleiding af op de kweekschool. Hij was nu onderwijzer, maar nog voor hij in het onderwijs begon solliciteerde hij naar de functie van journalist bij het Amsterdams nieuwsblad De Amsterdammer. Het blad verscheen drie maal per week.
Hij had het geluk om op 29 november 1937, op weg naar z’n werk vanuit Diemen, getuige te zijn van een ernstig autongeluk op de Muiderstraatweg.
Eén van de inzittenden was Prins Bernhard die dat jaar met Juliana verloofd was. Toen kon Cees niet meer stuk op de redactie. In hetzelfde jaar werd hij aangesteld als hoofdredacteur.
De vernielde auto van Prins Bernhard na het ongeluk met de zandauto op de Muiderstraatweg op 29 november 1937. Prins Bernhard kwam levend uit he wrak.
In de oorlogsperiode heeft hij gewerkt voor het katholieke blad De Nieuwe Dag, een legaal verschijnend blad. Over het feit dat hij, tijdens de bezetting, door bleef werken als journalist viel niet overal in goede aarde, maar heeft verder tot niets geleid. In dezelfde periode vond hij emplooi in Purmerend het Noordhollands Dagblad/Dagblad voor West-Friesland dat bij de drukkerij Stumpel werd gedrukt.
De Typhoon
In 1945 werd Meijer aangesteld als hoofdredacteur van het voormalig verzetsblad De Typhoon. De krant was vernoemd naar het Britse oorlogsvliegtuig ‘Hawker Typhoon’. De andere krant in de Zaanstreek, De Zaanlander, werd als fout gezien vanwege haar rol tijdens de bezettingsjaren.
De mensen voelden zich meer lid dan abonnee van de krant. Als hoofdredacteur wist hij de oplage van de krant stelselmatig te verhogen zodat uiteindelijk in twee van de drie Zaanse gezinnen De Typhoon werd gelezen. Zijn oud collega Ger van Dongen schreef in een in memoriam dat “Meijer erin slaagde een kerngroep van journalisten te formeren die, zoals hij zei, de Zaanse taal spraken. Resultaat was een krant waarin zelfs het kleinste nieuws een plaats kreeg”.
Ook kon hij wel eens zelf nieuws maken. Tijdens een vakantie in Italië kreeg het gezin een aanrijding. Ze werden frontaal aangereden, gezinsleden gewond en de auto total loss. Bij thuiskomst kon men in de Typhoon een bericht lezen ‘Zaanse familie in Italië verongelukt’. Nieuws is tenslotte nieuws.
Het hoofdredacteurschap brengt van alles met zich mee. Zo merkte een verdacht dat bij de rechtbank een verslaggever van De Typhoon aanwezig was. ’s Avond stond de verdachte bij de hoofdredacteur op de stoep met het verzoek om zijn naam uit de krant te houden. Als Meijer daar een negatief antwoord op geeft wordt hem een bedrag aangeboden als tegenprestatie. Het stuk wordt natuurlijk ongeschonden geplaatst.
In 1958 verhuisde het dagblad van de oude drukkerij Stuurman aan de Herengracht/Westzijde naar een nieuw pand op de hoek van de Westzijde/Zeemansstraat.
Cees Meijer hield zich niet alleen bezig met de plaatselijke journalistiek. In 1955 richtte hij met enkele collega’s de Europese Persgemeenschap op. Vanaf 1969 was hij bestuurslid van de Nederlandse Vereniging voor Journalisten (NVJ). Jarenlang trad hij op als voorzitter van de commissie die met de Nederlandse Dagbladpers onderhandelde over de cao voor de dagbladjournalistiek. Na zijn pensioen werd hij benoemd tot ere-lid van de NVJ.2
Meijer was één van de oprichters van de Europese Pers Gemeenschap. Vanuit die functie mocht hij vele politieke leiders van de wereld ontmoeten. Voor de AVRO was dit genoeg aanleiding om hem te vragen voor het leveren van commentaar op het nieuws. Op televisie leverde hij bijdragen aan het actualiteitenprogramma Televizier. Daarnaast was Meijer vertegenwoordiger namens Nederland bij het IPI. Het International Press Institute (IPI) is een instituut dat in 1950 door 15 krantenredacteuren speciaal werd opricht ter bescherming van de persvrijheid.
Door zijn vele relaties in binnen- en buitenland slaagde hij erin evenementen voor de abonnees van De Typhoon te organiseren. Sporters en vele radio- en tv-sterren haalde hij naar het Typhoongebouw. Oud redactiechef Ger van Dongen, “We hadden een prima propaganda-afdeling. Er waren reizen naar Sauerland. We haalden bekendheden hier heen. Ard Schenk, Kees Verkerk en Fred Anton Mayer. Duizenden mensen kwamen dan. Ze werden ‘s zondags Europees- of wereldkampioen, ‘s maandags waren ze in de Zaanstreek.”3
In 1956 zocht de AVRO een plaatsvervangster voor de zwangere omroepster Mies Bouwman. Ageeth Scherphuis die toen drie jaar voor De Typhoon werkte vertelde later in een terugblik, “Het leek mijn hoofdredacteur een goed idee dat ik ook solliciteerde en dan in de krant zou beschrijven hoe dat in zijn werk ging.
Mooi idee natuurlijk, maar hij en ik hadden er alleen niet op gerekend dat ik zou worden aangenomen. Ageeth valt op tussen de tweehonderd zenuwachtige kandidates omdat ze zelf meer met haar verslag bezig is dan het omroepen zelf. Op 12 september 1956 verschijnt ze voor het eerst op het scherm als omroepster.4
School voor journalistiek
De professionalisering van de journalistiek was een onderwerp dat hem na aan het hart lag. Hij was dan ook één van de stuwende krachten achter de oprichting van de School voor Journalistiek die in 1966 werd geopend. De opleiding die nu onderdeel is van de Hogeschool van Utrecht, is de oudste journalistieke opleiding in Nederland. Toen de zoon van Cees Meijer zich meldde bij de opleiding werd hij uitgeloot en dat was iets waar vader Meijer weinig aan kon veranderen.
Dam tot Damrace
Eind jaren vijftig ontstond er een strijd tussen Amsterdam en de Zaanstreek over de aanleg van een tunnel. De IJtunnel voor Amsterdam of de Coentunnel, onder het Noordzee Kanaal voor de Zaanstreek. Volgens collega’s ontwikkelde Meijer een enorme kennis over de tunnelbouw die hij in diverse artikelen in De Typhoon in de strijd wierp. Als voorzitter van de Zaanse V.V.V. kwam Meijer met het fameuze plan een wedstrijd te organiseren tussen beide gemeenten; van ene Dam naar de andere Dam. De Dam tot Damrace die in augustus 1959 drie dagen lang de Zaanstreek bezig hield. De krant kopte:
“DAM/DAM-RACE grootste stunt die Zaanstreek ooit beleefde”
Voorzitter Meijer van de V.V.V. vertelde tijdens een persconferentie in Krasnapolsky dat men deze race had georganiseerd, “om Nederland op bijzondere wijze te tonen dat de verbinding tussen Zaanstreek/Noord-Holland en Amsterdam en het zuiden zonderling gebrekkig is.” Radioman Kees Buurman won de race in een tijd van 6.34. Op 6 juli 1960 kon de krant meedelen dat de Coentunnel had gewonnen.
Het zal ongetwijfeld vanwege de schaalvergroting zijn geweest dat in 1969 De Typhoon fuseerde met de Damiate Pers te Haarlem, waar o.a. het Haarlems Dagblad werd uitgegeven. Met die fusie was de redactie niet onverdeeld gelukkig.
Oud-redacteuren Jan Hottentot en Klaas Pot: “We merkten dat Haarlem hele andere journalistieke opvattingen had. En al snel bleek dat onze hoofdredacteur, Cees Meijer, werd overvleugeld door Haarlem en dat er dus weinig van onze zelfstandigheid zou overblijven. Daar zijn tumultueuze vergaderingen over geweest.” De Typhoon draaide toen nog geheel zelfstandig. Ze had nog een eigen drukkerij, een gecombineerde redactie voor binnen- en buitenland, een algemene economieredactie, opmaak- en eindredactie. Na 1972, toen werd besloten samen te werken met Haarlems Dagblad, zijn die in fasen naar Haarlem verhuisd.
Uiteindelijk werd 15 februari 1992 besloten tot een fusie met De Zaanlander en te verschijnen onder de nieuwe naam Dagblad Zaanstreek.5
Willem Oltmans – (10 juni 1925–30 september 2004)
Willem Oltmans was een Internationaal journalist en dagboekschrijver. Als journalist had hij de eigenschap om geen rekening te houden met de politieke richting van het blad waarvoor hij schreef, maar feiten en achtergronden zo objectief mogelijk te rapporteren, heeft hem zeer invloedrijke vijanden bezorgd, maar ook vele vrienden bij lezers, luisteraars en kijkers over de hele wereld.
Oltmans werd door Buitenlandse Zaken en de rechtse pers als een verlengstuk van Soekarno gezien, vanwege zijn standpunt in de Nieuw Guinea kwestie. Daarmee haalde hij zich de levenslange vijandschap van minister Luns op de hals. Die zorgde er persoonlijk voor dat het alle Nederlandse ambassades werd verboden Oltmans medewerking te verlenen in zijn journalistieke werk.
Veel medewerkers van Nederlandse media hielden daar rekening mee. Maar niet Cees Meijer die, betrokken als hij was bij de vrijheid van de pers, Oltmans uitnodigde om in De Typhoon te publiceren. Dat leverde Meijer een levenslange vriendschap op met Oltmans getuige de vele ansichtkaarten vanuit de hele wereld waarin hij aankondigt weer snel eens langs te komen in Zaandam.
In april 1979 schrijft Oltmans in zijn dagboek. “Cees Meijer zal bij De Typhoon worden opgevolgd door een Parool-figuur, Jan de Vries. Ik kan die krant verder wel vergeten als Cees weg gaat. Weer een outlet minder.” In mei ’79 schrijft hij, “Ik bezocht Cees Meijer in Zaandam voor een uitsmijtertje in een café tegenover De Typhoon. Hij verzekerde me dat mijn contact met de krant zou blijven bestaan. Bij het afscheid van Meijer in juni ’79 was Oltmans ook present. Hij schrijft, “Ik woonde het afscheid van Cees Meijer, zo’n achttien jaar mijn hoofdredacteur in Zaandam, bij. Het was een sentimentele affaire.”6
Anekdote – 1 september 1973
Het is mooi weer, alleen een beetje winderig. Op het parkeerterrein bij paleis Soestdijk komt auto na auto aangereden. De hoofdredacteuren stappen uit en wrijven in hun handen. Ik ook. Begeerte heeft ons aangeraakt. Zoals afgesproken mogen we zo dadelijk koningin Juliana die haar 25- jarig regeringsjubileum viert, aan een collectief interview onderwerpen.
Na het rituele interview volgt een informeel gesprek buiten bij de trap aan de achterzijde van het paleis. Intussen let zij scherp of iemand iets opschrijft, want alles is off the record. Vooral jonge hoofdredacteuren scharen zich in dichte kring rond de landsmoeder en snijden gewaagde onderwerpen aan, bijvoorbeeld de losse zeden die in Amsterdam onder jongelui schijnen te heersen. De koningin geeft te kennen dat zij dat vraagstuk niet even kan oplossen in de zonbeschenen maar winderige achtertuin van paleis Soestdijk.
Als ze ziet hoe Cees Meyer van de Zaanse Typhoon met zijn opschrijfboekje staat te friemelen, maakt ze daar een speelse opmerking over, maar Cees zegt dat hij niet iets opschrijft, maar staat te tekenen – dat doet hij wel vaker.7
Afscheid
Bij het bereiken van de pensioenleeftijd neemt Cees Meijer in 1979 afscheid van zijn Typhoon. Het moet een hard gelag zijn geweest voor een man die z’n ziel en zaligheid aan het krantenvak had gegeven. Er waren maar liefst twee dagen van afscheid voor nodig; één dag afscheid van de Typhoon en één dag van de krantenwereld in de Speeldoos, waarbij gasten uit binnen- en buitenland aanwezig waren. Na zijn pensionering bleef hij zich voor het vak van journalist inzetten. Zo was hij betrokken bij de Raad voor Journalistiek en bij het vakblad De Journalist, beiden als voorzitter. Ook voor het I.P.I., International Press Institute, was hij aktief. Hij werd op missie gestuurd naar Australië en Tasmanië en verbleef geruime tijd op IJsland voor het I.P.I.
Bij het afscheid in gesprek met de hoofdredacteur van het NOS Journaal, E. van Westerloo.
Beroerte/overlijden
Drie jaar na zijn pensionering ging het mis. Op een ochtend voordat hij naar Den Haag zou afreizen voor een bijeenkomst voelde hij zich niet goed en zegde het af. ’s Middags had hij al een afspraak in het ziekenhuis waar hij zich in de wachtkamer steeds slechter voelde worden; een beroerte. Hij werd direct opgenomen. Rechtzijdig verlamd. Na veertien dagen opname werd hij overgeplaatst naar Heliomare om daar verder te revalideren.
De revalidatie leidde niet tot volledig herstel; hij bleef gehandicapt en werd verzorgd door zijn vrouw. In die periode bleef hij zich zoveel als mogelijk bemoeien met het vak en kon bijv. nog naar een bijeenkomst in het Paleis op de Dam waar ook koningin Juliana aanwezig was. De majesteit zei, toen ze hem in z’n rolstoel zag, “Oh meneer Meijer, wat fijn dat u nog kon komen.”
Enkele jaren later verslechterde plotseling zijn gezondheid. Een opname in het ziekenhuis werd noodzakelijk geacht. Het was een voorbode en in het ziekenhuis kreeg hij een tweede beroerte. In maart 1992 was hij zover hersteld dat hij naar Oostergouw overgebracht kon worden voor verder herstel. Het was erg koud en dat korte ritje van het ziekenhuis naar Oostergouw heeft hem misschien wel de das omgedaan, want op 4 maart 1992 overleed Cees Meijer aan een longontsteking.
Het was een fatale dag in de wereldgeschiedenis omdat op die dag de aartshertog van Oostenrijk en zijn vrouw werden doorgeschoten in Serajewo en daarmee het drama van de 1e wereldoorlog een aanvang nam. ↩︎
Trouw, april 1979 ↩︎
Trouw, april 1979 ↩︎
Ageeth Scherphuis is 16 april 2012, op 79 jarige leeftijd overleden ↩︎
Trouw, april 1979 ↩︎
Willem Oltmans – Memoires 1979 – A ↩︎
Herman van Run in OVT 2006 (VPRO radio) ↩︎